De Nederlandse ballerina Maria Huisman was van belangrijke invloed op de ontwikkeling van Surinaamse ballet omdat ze bij CCS ruimte bood voor de inbreng van de ´Surinaamse elementen´.
Balletdanseres Maria Huisman begon in 1945 haar loopbaan bij Studio ’45 van Sonia Gaskell, die eerder o.a. ook les had gegeven aan actrice Audrey Hepburn. Vanaf 1948 t/m 1954 was zij een van de protagonisten van Ballet Recital en aansluitend tot en met 1956 bij Het Nederlands Ballet.
Tot de producties waar ze in de jaren 1949-1956 in deelnam vielen o.a. Odysseus en Kalypso, Liefde in de dans en Alles om een mantel. In 1956 kreeg ze als soliste van het Nederlands Ballet de eervolle opdracht om namens de Sticusa (Stichting Culturele samenwerking) de leiding op zich te nemen van de balletschool in Paramaribo.
Tot een van de grote successen die door Maria Huisman boekte behoorde het ballet Sranan Prenki-Buku met muziek van Eddy Vervuurt en in 1958 het ballet De Rode Paloeloe naar een verhaal van Coen Ooft, eveneens met muziek van componist Eddy Vervuurt. In 1959 volgde het “Anansi tori ballet” naar een verhaal van Hennie de Ziel alias Trefossa, met muziek van Eddy Snijders, met in de hoofdrol Mildred Polak als de spin Anansi.
In 1959 werd onder verantwoordelijkheid van Maria Huisman het ballet Surinaamse kinderschetsen uitgevoerd onder de veelzeggende noemer ‘Wij dansen naar Nationale bewustwording’. Tot de dansers behoorden o.a. Ilse-Marie Hajary, Marlene Lie A Ling, Mildred Polak en Percy Muntslag.
Maria Huisman trad in Suriname in het huwelijk met John Hewitt en werd na haar actieve loopbaan als danseres een veel gevraagd pedagoge. Van 1961 t/m 1964 gaf ze leiding aan de school van Het Nationale Ballet te Enschede en was vanaf 1964 was ze als balletmeester in dienst van Het Nationale Ballet.
Uit: Fosten Tori Nanga Histori van 27 december 2023. Tekst en beeld met dank aan Ronald Snijders.